Benno Huve: ‘In tactisch opzicht was Kees Rijvers begaafd. Hij kon vooruit kijken. Hij zag aankomen wat er ging gebeuren. Van de tegenstander wist hij alles. Hij ging zelf kijken en als hij niet in de gelegenheid was, liet hij Spitz Kohn of een ander gaan. Hij liet niet zomaar iemand gaan, want hij was ook erg wantrouwig.’
Issy ten Donkelaar: ‘Rijvers kende alle slimmigheden van de tegenstander. Dat was nieuw voor ons. Het tactisch plan waarmee wij de wedstrijd ingingen, klopte altijd. Ik snapte het soms niet eens. Dan begreep ik het pas na de wedstrijd.’