Actueel

Japie wil wel meer doen dan plaatjes draaien in de Meer

  • Column
  • 15 juli 2020
  • door Jaap Visser
J

Jaap van Praag is waar hij wezen wil: aan het hoofd van de bestuurstafel van Ajax. Op donderdag 16 juli 1964 krijg hij de voorzittershamer in handen en die zal hij veertien jaar lang blijven vasthouden.

 

Jaap van Praag tijdens de verkoop van de door de Verenigde Naties uitgebrachte verzamelplaat ‘All Star Festival’ ten bate van alle vluchtelingen ter wereld. De eerste 500 platenkopers krijgen een kaartje voor de oefenwedstrijd van Ajax tegen het voorlopig Nederlands Elftal op 20 maart 1963 in het Olympisch Stadion (6-1 voor Ajax). [Harry Pot, Nationaal Archief/Anefo, 914-9424]

 

Wanneer eerder die zomer een commissie van goede diensten op zoek gaat naar een nieuwe Ajax-voorzitter is Van Praag kandidaat nummer vier bij wie wordt aangeklopt. Na drie afhakers heeft de commissie beet, want de succesvolle koopman en eigenaar van Electric Gramophone aan het Spui, de grootste platenzaak van de stad, heeft geen bedenktijd nodig. ‘Ja natuurlijk’ wil hij dolgraag meer doen voor zijn club dan alleen maar de grammofoonplaten leveren die bij thuiswedstrijden van het eerste elftal in de Meer worden gedraaid.

Onderduiken

Voor de oorlog is Jaap van Praag speler in de lagere Ajax-elftallen en drager van de tas van Piet van Reenen, zijn idool. Goaltjes Piet, nog altijd de topscorer aller tijden van Ajax (273 goals in 237 wedstrijden), komt de avond voordat hij moet spelen meestal logeren bij de familie Van Praag. Min of meer bij toeval speelt Jaap één wedstrijd in Ajax 1, een oefenpotje in Friesland, tegen Joure. Japiemag mee als reserve omdat er nogal wat zieken en gekwetsten zijn. En als ook de legendarische Jan de Natris op het laatste moment afhaakt, mag hij zelfs het veld in. Van Praag speelt onder de naam De Natris en zal ooit over het hoogtepunt van zijn voetballersloopbaan opmerken: ‘Je zag die Friezen denken: we wisten niet dat die De Natris een joodse jongens was. En wat speelt-ie belazerd.’

Samen met zijn drie jaar jongere broer Max komt Jaap van Praag onderduikend de oorlog door. Zijn ouders en zusje worden uit Amsterdam weggevoerd en vermoord. Jaap en Max, joodse jongens uit de Transvaalbuurt, veroveren de wereld, zelfverzekerd en altijd gein makend. Max wordt beroemd als zanger met hits als ‘Als ik tweemaal met m’n fietsbel bel’ en ‘Daar zijn de appeltjes van oranje weer’. Hij wordt boegbeeld van de VARA-radio en zet een keten van platenzaken op.

Steunpilaren

En Jaap, de gewiekste handelaar in muziek, wordt op 53-jarige leeftijd voorzitter van zijn geliefde Ajax. In de zomer van 1964 is de club in last. Jan Melchers gaat er van uit dat zijn herverkiezing een hamerstuk zal zijn, maar de ledenraad keert zich tegen de voorzitter onder wiens leiding Ajax weliswaar lekker veel geld op de bank heeft staan, maar sportief weinig voorstelt.

Melchers’ opvolger Van Praag haalt het geld van de bank en zet het op het veld. Ook doet hij zaken met de gebroeders Van der Meijden, Freek en Wim, alias de bunkerbouwers. Deze aannemers hebben in de oorlog goudgeld verdiend met het bouwen van verdedigingswerken voor de Duitsers en zijn daar na de bevrijding ook flink voor gestraft. Maar dat neemt niet weg dat ze bij Ajax welkom zijn met hun dikke portemonnees waarmee de zwarte kas van de club kan worden gespekt. Van Praag gebruikt het foute geld van de foute broers om de grote jongens van een steeds beter wordend elftal stroop om de mond smeren. Dat doet hij onder het motto: als Ajax er beter van wordt, maakt het mij geen donder uit waar de poen vandaan komt.

Ajax, dat in 1965 nog als dertiende eindigt in de Eredivisie, koopt een paar steunpilaren en stelt de jonge, ambitieuze oud-speler Rinus Michels als trainer aan. Jaap en Rinus slaan de handen ineen, besluiten de club te professionaliseren en te moderniseren en in 1971 is Ajax de nummer één van Europa.

De voorzitter mengt zich tussen de kampioenen van het grote Ajax dat op 6 mei 1973 tegen Sparta (4-2) de landstitel heeft veiliggesteld. Achter vanaf links: Sies wever, Bobby Haarms, Gerrie Mühren, Johan Neeskens, voorzitter Jaap van Praag, Sjaak Swart, Heinz Schilcher, Ruud Krol, Barry Hulshoff, Wim Suurbier, penningmeester Henk Timman, secretaris Jan Westrik, Bram Braam, Stéfan Kovács, Johan Cruijff. Voor: Johnny Rep, Arie Haan, Piet Keizer, Arnold Mühren, Heinz Stuy, verzorger Henk de Haan. [Hans Peters Nationaal Archief/Anefo, 926-3915]

 

Meer over Ajax lezen? Kijk eens naar de carrièreboeken van Sjaak Swart of Piet Keizer!

Deel deze pagina:

Meer actualiteiten